2012
Effecten van honingbijen, Apis mellifera, op insecten in natuurterreinen
Publication
Publication
Entomologische Berichten , Volume 72 - Issue 1-2 p. 103- 111
Een analyse van onderzoek in twee Nederlandse heides en op enkele plaatsen in het buitenland leidt tot de conclusie dat er negatieve effecten van honingbijen optreden bij andere insecten, met name wilde bijen. Imkers zijn het hier vaak niet mee eens en dragen andere gedachten uit. Aan de hand van informatie van vele wilde bijensoorten wordt duidelijk gemaakt hoe honingbijen deze dieren kunnen verstoren bij het zoeken naar voedsel. Deze informatie leidt tot een aantal richtlijnen voor de beheerders van natuurterreinen. Honingbijen zouden alleen in gebieden geplaatst mogen worden waar dat van oudsher gebeurt. Deze gebieden moeten dan wel groot genoeg zijn (>50 ha) en plaatsing mag alleen gebeuren als de bloemen massaal bloeien. Wanneer er weinig bloemen zijn zouden er geen kasten neergezet moeten worden. Dichtheden van honingbijkasten voor enkele massaal bloeiende vegetatietypen luiden: 0,75 kasten per ha bij wilgen, 0,5 kasten per ha bij struikheide en 0,25 kasten per ha bij gewone dopheide en bosbes. Bij andere bloemen dient de vuistregel van drie kasten per 100 ha te worden gehanteerd. Indien er volgens de rode lijst ernstig bedreigde bijensoorten in een gebied aanwezig zijn mogen er in een straal van 1,5 km geen honingbijen geplaatst worden. Wilde bijen zijn dermate bedreigd dat deze richtlijnen uit voorzorg geïmplementeerd moeten worden, totdat toekomstig onderzoek meer duidelijkheid geeft over de exacte effecten van honingbijen.
Additional Metadata | |
---|---|
Entomologische Berichten | |
CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
Organisation | Nederlandse Entomologische Vereniging |
E. van der Spek. (2012). Effecten van honingbijen, Apis mellifera, op insecten in natuurterreinen. Entomologische Berichten, 72(1-2), 103–111. |