2020
De libellenfauna van een duinmeertje in de Amsterdamse Waterleidingduinen (Noordwijk, Zuid-Holland) in de periode 2003 – 2020
Publication
Publication
Brachytron , Volume 21 - Issue 1 p. 53- 65
Voornamelijk op basis van larven en larvenhuidjes wordt de libellenfauna geschetst van een duinmeertje in de Amsterdamse Waterleidingduinen in de periode 2003 – 2020. Tijdens 256 bezoeken werd de flora en waterfauna bemonsterd, met o.a. speciale aandacht voor de libellen. Tijdens een bezoek werd gedurende 2 uur langs alle oevers de vegetatie en de bodem onderzocht met een handzeef. Op data met veel libellenlarvenhuidjes kwam er nog 1 à 2 uur verzameltijd bij. Het meertje viel onregelmatig droog, zowel kort als gedurende een groot deel van het jaar. Hierdoor waren enkele soorten die karakteristiek zijn voor droogvallende wateren aanwezig. Vooral de Zwervende pantserjuffer en de Zwervende heidelibel vinden in het Meertje van de Blauwe Paal een goede voortplantingsplek. Dit in tegenstelling tot de vele andere vegetatierijke (permanente) wateren in dit duingebied. Naar verwachting blijft het meertje een pionierskarakter houden en dus blijvend aantrekkelijk voor pioniersoorten. Er waren jaren met geheel geen libellen tot jaren met minimaal 11 soorten als het meertje veel water bevatte. In totaal zijn er minimaal 15 soorten aangetroffen. De individuen bereikten hoge aantallen, vele honderdduizenden larven en larvenhuidjes in een waterrijk jaar. Een vergelijking met de vliegende libellen boven het meertje laat een grote overeenkomst in soorten zien. Een kleine proef toonde aan dat op beschutte plekken de (resten van) larvenhuidjes enige weken herkenbaar blijven. Mooie huidjes in de vegetatie zijn van de voorafgaande dagen.
Additional Metadata | |
---|---|
, , , , , | |
Brachytron | |
CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
Organisation | Nederlandse Vereniging voor Libellenstudie |
W.J. Kuijper. (2020). De libellenfauna van een duinmeertje in de Amsterdamse Waterleidingduinen (Noordwijk, Zuid-Holland) in de periode 2003 – 2020. Brachytron, 21(1), 53–65. |