De fossielen liggen na het splijten van leisteenplaten vrijwel nooit in hun geheel vrij. In het gunstigste geval worden de platen net boven of onder het platgedrukte fossiel gespleten. Maar het is net zo goed mogelijk dat het fossiel gedeeltelijk op de ene en gedeeltelijk op de andere plaat wordt aangetroffen. De verklaring hiervoor is dat het gepyritiseerde fossiel zeer hecht met de leisteen verbonden is. Afdrukken van hele dieren zijn dan ook zeldzaam. Het is raadzaam van een zeldzaam fossiel eerst een röntgenfoto te laten maken. Deze toont aan waar het fossiel zich in de leisteen bevindt. Tijdens het prepareren ligt de röntgenfoto op een lichtbak en wordt af en toe zorgvuldig bekeken. Het verloop van de fossiele delen geeft aanknopingspunten waar de leisteen weggehaald moet worden. Onnodig werk wordt hiermee voorkomen. Een voordeel is ook dat het fossiel niet zo gauw wordt beschadigd. Wanneer algemeen voorkomende fossielen in een onnatuurlijke positie liggen is een röntgenfoto trouwens ook een goed hulpmiddel bij het prepareren.

, , ,
Gea

Copyright: GEA/auteur

Stichting Geologische Aktiviteiten

W.H. Südkamp. (1989). Het prepareren van Bundenbach-fossielen. Gea, 22(1), 23–25.