Op rondreis door Scandinavië waren we van 12 tot 17 juni 1975 in een gehucht in Jämtland (midden Zweden). We waren sinds ons vertrek op 28 juni via Bornholm en Gotland, waar op Stora Karlsö we de klippen vol Zeekoeten zagen, met het begin van de zomer en het einde van het broedseizoen meegereisd. Hier in Jämtland troffen we vele van onze wintergasten met jongen aan: Kramsvogel, Koperwiek, Keep, Sijs, Barmsijs. Heel vaak zagen wij de Roodgesterde Blauwborst naar de merkwaardigste waarneming was voor mij het broedgeval van de Kramsvogel in een oude Berk naast ons hotelletje. De vier jongen waren bij onze aankomst haast vliegvlug. Tot mijn verbazing kwamen niet alleen de ouders voeren maar ook een wijfje Blauwborst.