Van de 37 soorten valken die de wereld bevolken zijn er 31 karakteristiek voor de tropische savannen. De tropische savanne kan men het best omschrijven als grasland met verspreid staande loofbomen. In de savannen van Zuid-Amerika, Australië, Afrika en tropisch Azië leven meer stootvogels dan in enig andere zône. Er zijn 112 voor de savanne kenmerkende soorten en 18 soorten die ook in andere gebieden voorkomen. De roofvogelsoorten die in deze zône broeden worden, vooral in Afrika, ’s winters aangevuld met een groot aantal soorten uit de gematigde regionen (o.a. Europa). Om de savannen te bereiken moeten deze vogels eerst de ongastvrije woestijngordels en bossen overtrekken. Zelfs de evenaar vormt voor sommige trekkers, waaronder alle Boomvalken uit Europa, geen barrière op hun tocht naar de overwinteringsgebieden. Deze valken zoeken in de zomer van het zuidelijk halfrond leefomstandigheden die overeenstemmen met die van hun broedgebied, maar broeden doen ze er niet, al is hun verblijf daar lang genoeg voor. Na een reis van circa 10.000 kilometer bereikt de Boomvalk eindelijk zijn Afrikaanse overwinteringsgebieden die gelegen zijn tussen 10 en 25 graden zuiderbreedte (met name Zambia, Malawi en Zimbabwe). Van november tot maart heerst in de genoemde contreien de regentijd.