Evenals vorige jaren werden ook in 1972 eendentellingen gehouden om te trachten het aantal broedparen vast te stellen. Er werden dit jaar twee tellingen gehouden, t.w. op 7 mei en 16 juli. De eerste telling was om de aantallen broedvogels vast te stellen en de tweede telling om (vooral bij de Duikeenden) na te gaan hoe de broedresultaten waren. Ondanks de achteruitgang van de Kuifeend in 1971 heeft de soort zich weer hersteld en is weer vooruit gegaan (ook t.o.v. 1970). De achteruitgang in 1971 was geen werkelijke achteruitgang, doch het gevolg van een drastische inkrimping van het broedgebied. Deze was het gevolg van de hoge waterstand en slechte kwaliteit rivierwater. Dit jaar was de waterstand in de infiltratie gebieden gedurende de broedtijd normaal.