Op 29 juni 1980 namen Evert v. Huijssteeden en ik in de Verenigde Binnenpolders (ten zuidoosten van Spaarndam) een zestal Lepelaars waar. Het betrof 2 ad. en 4 juv. exemplaren de juv. zijn te herkennen aan de vleeskleurige snavel en poten en de zvarte vleugelpunten. Omstreeks deze tijd zie je de juv. nog vaak bedelend achter de ad. aanlopen. Eén van de juv. ex. had kleurringen om de poten: Aan de rechterpoot een gele ring en aan de linkerpoot een blauwe, witte en gele ring (overigens geen fraai gezicht). Nadat we deze gegevens hadden opgestuurd naar het Vogeltrekstation, kvam het bericht terug dat dit ex. als nestjong was geringd in de Oostvaardersplassen op 27 mei 1980. Ook dit jaar hebben we weer een aantal Lepelaars in de buurt van Spaarnwoude gehad en ook nu weer een juv. ex. met kleurringen. Dit ex. had aan de rechterpoot een rode ring en aan de linkerpoot een gele, witte en nog een gele ring. Ook dit ex. was geringd als nestjong in de Oostvaardersplassen en vel op 4 juni 1981. Deze jonge vogel namen ve vaar op 1 aug. 1981.