Camouflage (Fonteijne, 1993: Camouflage, soms een kwestie van leven of dood; Fitis 29 (2): 80-82) en mimicry worden vaak in één adem genoemd, en soms met elkaar verward. De overeenkomst is dat beide verschijnselen op nabootsing berusten; het verschil ontstaat door het feit dat camouflage bedoeld is om niet op te vallen terwijl dit bij mimicry juist wordt nagestreefd. In de insectenwereld zijn voorbeelden van mimicry niet zeldzaam. Iedereen kent het geval van de zeer opvallende, onschuldige geel-zwarte zweefvlieg, die profiteert van de angst voor wespen die zijn belagers kennen. Deze vorm van mimicry biedt een ongevaarlijk dier dus bescherming tegen zijn vijanden. Een andere vorm van mimicry, de agressieve mimicry, gaat uit van een ander principe. De nabootser lijkt op een organisme dat onschuldig of zelfs aantrekkelijk is, en maakt van de gelijkenis gebruik om prooien buit te maken. Tropische ’wandelende bloemen’ (roofsprinkhanen) lijken op bloemen en trekken insekten aan, die hun bezoek aan de ’bloem’ met de dood moeten bekopen. In de vogelwereld komt agressieve mimicry ook voor. In Noord-Amerika leeft een buizerd soort, die sterk afwijkt van de meeste van zijn verwanten. Donkerder van verenkleed met vleugels die slanker zijn, en bij het zeilen in een ondiepe vstand worden gehouden, lijkt de vogel meer op een Kalkoengier dan op een Buizerd. De Kalkoengier wordt door kleine prooien die op het menu van de Buizerd staan als ongevaarlijk beschouwd, waardoor deze zijn prooien vrij gemakkelijk kan benaderen en verschalken.