De nieuwe nestkasten werden ook in het binnenduin tussen de Oranjekom en het Zegveld opgehangen om een betere kontrole te krijgen op de mezenpopulatie. Een sukses waren de broedsels van de Bosuil, Torenvalk en Glanskop. Minder wenselijk was het toenemende aantal paren van de Spreeuw en ook de Ringmussen die voor het eerst twee nestkasten bezetten. Dit had tot gevolg dat slechts één paar Roodstaarten tot broeden kwam. Opvallend was het zeer kleine aantal 2e broedsels van de koolmees in tegenstelling tot die van de Pimpelmees.