De status van de Keep als broedvogel in Zuid-Kennemerland is duister: ”Op de landgoederen en in de omringende bossen worden zo nu en dan tot ver in mei zingende Kepen gehoord, maar zekere broedgevallen zijn schaars” (Geelhoed et al, 1998; p. 64). Hoofdstuk tien van de regionale Avifauna rept dan ook van een ”toevallige broedvogel” en geeft de volgende informatie: ”In 1982 werd in Middenduin het eerste zekere broedgeval voor de regio vastgesteld (paar met jongen). In 1984 werd daar opnieuw een territorium vastgesteld (zingende vogel gedurende twee opeenvolgende bezoeken). Ook uit het verleden zijn meerdere waarnemingen bekend van Kepen in geschikt broedbiotoop. In de Atlas van de Nederlandse broedvogels (1973-1977) staat een waarschijnlijk broedgeval in de binnenduinrand bij Aerdenhout; zang tot half juni 1977. Verder was er een vergelijkbaar geval in Duin en Kruidberg; zang van eind juni tot begin juli 1967”. Tot zover de regionale Avifauna. Ook landelijk gezien is de Keep een ”uiterst schaarse broedvogel” met ”hooguit enkele broedgevallen per jaar” (Bijlsma et al, 2001). Daarom bij deze alsnog enige informatie omtrent een nestvondst in 1999. 18 juni Niko Buiten, Freerk Hijlkema en ondergetekende ontdekken tijdens de laatste inventarisatieronde aan de Broedvogel Monitoring Project-plot Spinnekoppenvlak in de Kennemerduinen een nestbouwende Keep (SOVON-broedcode 9). Door de met nestmateriaal (mos, veertjes) vliegende vogel te volgen, werd het nest gevonden. Het nest bevond zich op circa 7 meter hoogte langs een horizontale tak op circa 3 meter van de stam van een forse den, de dikste in de directe omgeving. Aanvankelijk werd gedacht aan een niet-uitgekleurd mannetje (vogel zonder donkerzwarte kop, nek en mantel), maar volgens de thuis nageslagen literatuur bleek het qua kleed (vrij effen kop met lichte oorstreek en smal schouderveld) èn gedrag (nestbouw) een vrouwtje te betreffen; alleen zij bemoeit zich met de bouw van het nest (Cramp & Perrins, 1994). Verder is geen zang gehoord, maar wel meerdere malen een soort zachte versie van de nasale contactroep, en was er sprake van een eenmalige vecht- of vrijpartij met een mannetje Vink nabij het nest. Mengparen schijnen voor te komen...