Door een enthousiaste groep IVN-ers zijn vorig jaar onder leiding van ons bestuurslid Pieter Dhont de landgoederen Leyduin, Vinkenduin en Oud-Woestduin geinventariseerd. Van 47 soorten verd het broeden met zekerheid en van 9 soorten waarschijnlijk vastgesteld. Onder de zekere soorten bevonden zich Sperwer en Wielewaal. Het was sinds het begin van de tellingen in 1974 de eerste maal dat de Sperwer hier (in het Vinkenduin) werd aangetroffen. De geïnventariseerde landgoederen vormen een aaneengesloten gebied gelegen tussen de Vogelenzangseweg aan de westzijde en de spoorlijn Haarlem-Leiden aan de oostzijde, het Koekoeksduin aan de noordkant en geestgronden ten N.W. van Bennebroek aan de zuidkant. Zij liggen op een oude strandwal. De hoogte varieert van 0 tot 12,5 met er boven ANP. Leyduin en Vinkenduin zijn vrijwel geheel bebost, afgezien van een smalle strook weilanden aan de oostzijde. Een deel van de bomen werd al aan het eind van de vorige eeuw aangeplant. Het gaat hier om gevarieerde parkbossen met eik, beuk, linde, iep, es, esdoorn, berk en populieren. Naast het besloten karakter van deze landgoederen kent Oud-Woestduin open vlakten op de plaats van de voormalige renbaan. Verder komen hier bijna twee eeuwen oude lanenstelsels voor. Binnen het bosbestand en ook op de open terreingedeelten komt een goed ontwikkelde struikbegroeiing voor met o.m. kardinaalsmuts, meidoorn, vogelkers, vlier en lijsterbes. Geen kruidlaag of slechts enig duinriet komt voor onder het gesloten beukenbos. Wilde kamperfoelie en valse salie zijn kenmerkende soorten in de bosgedeelten waar de eik dominant is. Op de meer open terreinen komt op uitgebreide schaal de adelaarsvaren voor.