Na een langdurige droogte viel op 19 September de eerste regen. Daarna volgden de depressies elkaar op tot eind september, met op 29 sept. zeer onstabiel weer met onweersbuien. Oktober begon met een week van rustig weer met nog zomerse dagen op de 4e en de 5e met een temperatuur boven de 20° C. Dit liep uit op toenemende mistvorming en op zondag 7 okt. hing er de hele dag een hardnekkige mist. Deze dag en 9 okt, toen er een koufront van polaire oorsprong naderde met onstabiel weer, waren de enige dagen dat er helemaal geen trek was. Dit koufront en die erop volgde veroorzaakten in Skandinavië sneeuwbuien met harde wind en lichte tot strenge vorst; op Jutland onstabiel weer met langdurige, onweersbuien. Een oude tropische cycloon drong op 12 okt. niet door tot ons land, maar bleef ten zuiden ervan, zodat wij hier rustig weer kregen met zon en temperaturen van 10-12° C. Van 15-18 okt. kwam de grens van warme en koude lucht uit de pool boven ons land te liggen. Op de 18e verscheen een actieve polaire luchtstroom met onstabiel karakter, vergezeld van hagel- en sneeuwbuien. In Skandinavië en Rusland is er dan opnieuw een koudegolf met aanhoudende sneeuw en vorst; op 15 okt. viel in Warschau de eerste sneeuw, wat erg vroeg is. Vanaf 20 okt. kwamen we weer in de westcirculatie met depressies, afgewisseld met ruggen van hoge druk. 21 okt. de enige dag met stormachtige wind tot storm in de middag aan de kust wordt de volgende dag gevolgd door een rug van hoge druk. In Skandinavië en Rusland was het wéér winters met vorst tot – 20° C. ’s nachts. Na de 24e trad er een weersvebetering in met rustig herfstweer.