Eind augustus bleek met de ontdekking van een juveniele Zwarte Ooievaar bij Ruigoord ook een schitterend steltlopergebied ontdekt te zijn. In dit gebied was door zogenaamde ”omkeerbare” werkzaamheden een bouwput ontstaan met een modderige/slikkige bodem, die door regelmatige regenval lange tijd als foerageergebied voor steltlopers geschikt bleef. De Zwarte Ooievaar vond het hier kennelijk zo leuk dat hij maar liefst een maand in het gebied bleef hangen. Daarnaast puilde het gebied uit van de vele steltlopers en eigenlijk werden alle normale soorten hier gezien. Ook diverse soorten die normaliter alleen langs de kust waargenomen worden lieten zich vaak zien, zoals Steenlopers, Kanoeten en Zilverplevieren. Verder leidde de waarneming van meer dan 85(!) Kleine Strandlopers tot een nieuw regiorecord. Ook de diverse waarnemingen van Visarend en Slechtvalk zijn vermeldenswaard. Het gebied rond het Kennemermeer begint zich zo langzamerhand tot een natuurgebiedje van formaat te ontwikkelen. Was de Strandleeuwerik vroeger een schaarse doortrekker in onze regio, tegenwoordig is de soort een vaste trek- en wintergast bij het Kennemermeer, waar eind oktober zelfs een groep van maar liefst 40 vogels foerageerde! De beide franjepootsoorten hòren tegenwoordig al bijna bij het Kennemermeer en ook Bokje is een regelmatige gast. Verder werden diverse zeldzame tot zeer zeldzame soorten gezien, waaronder een waarschijnlijke Baltische Mantelmeeuw, Grote Piepers, Roodkeel- en Duinpiepers.