Een boekje van 70 pagina’s, netjes verzorgd in rotaprint. Het bevat een aantal artikelen op geologisch gebied, handelend over Zuid-Limburg en Belgisch Limburg. Voor ons als Tertiair en Kwartair Werkgroep is vooral het artikel van P. J. Felder van belang: Enige fossielrijke vindplaatsen in het Oligoceen van Belgisch Limburg. Hierin worden een aantal belangrijke ontsluitingen genoemd, met goede topografische beschrijvingen, zodat ze voor iedereen gemakkelijk te vinden zullen zijn. De profielbeschrijvingen zijn vaak minder goed, en voor een geoloog zelfs beslist onvoldoende. Ook over de fossieleninhoud van de verschillende stratigrafische lagen wordt bijzonder weinig gezegd. Wel geeft de schrijver een aantal tekeningen van schelpen, die voornamelijk in de Zanden van Vieux Joncs voorkomen. Een groot deel van deze tekeningen is overgenomen uit een artikel van A.W. Janssen in Basteria, wat hij echter nergens vermeldt!! De nomenclatuur van de litho-stratigrafische eenheden laat hier en daar wel wat te wensen over. Waarom steeds Zand van Neerrepen, in plaats van Zanden van Neerrepen, zoals bij de benaming van deze eenheden gebruikelijk is ? Ditzelfde geldt ook voor andere benamingen. Een handige excursiegids, maar voor ingewijden onvoldoende. Verder bevat het jaarboek een artikel van H. Sipman: Iets over Löss. Matige inhoud, maar geeft wel een aardig inzicht in het feit, dat löss nog wel iets meer is dan alleen maar leem.