Samen met delen 1 (1973), 2 (1975) en 3 (1981) bevat dit werk nu 535 kaarten met terugmeldingen van 95 soorten zangvogels. Het aantal hiervoor verzamelde terugmeldingen is 24.669, waarvan er 16.189 in kaart gebracht zijn. Deze aflevering bevat een index van het gehele werk dat nu als afgesloten beschouwd moet worden. Het was oorspronkelijk de bedoeling dat er nog een deel zou volgen, met de bewerkingen van vinken en mussen. Hoewel het werk hiervoor grotendeels gereed kwam, heeft de auteur geen kans gezien het af te maken. Deze aflevering behandelt de volgende soorten (tussen haakjes het aantal ingetekende terugmeldingen/aantal kaarten): Bonte Vliegenvanger (1341/29), Witte Kwikstaart (561/25), Pestvogel (760/26), Wilgengors (2/1), Grauwe Gors (80/7), Grijze Gors (8/1), Cirlgors (14/1), Geelgors (359/5), Ortolaan (60/5), Zwartkopgors (3/1), Bosgors (2/1), Rietgors (960/30), Sneeuwgors (61/5), IJsgors (5/1).