1994
Pimpelmezentrouw in fourageergroepen. Analyse van hervangsten
Publication
Publication
Op het Vinkentouw , Volume 75 - Issue 1 p. 11- 13
Jonge en oude pimpelmezen verlaten spoedig na het uitvliegen van de jongen samen het gebied, waar de familie is grootgebracht en gaan eerst in familieverband, maar later samen met andere mezenfamilies, ook van andere soorten, zoals kool-, zwarte- en staartmezen, op zwerftocht. Zo ontstaan uit deze gegroepeerde families langzamerhand de gemengde mezengroepen, die in najaar en winter door bos en duin trekken. In de zomer – tijdens de rui – slapen de mezen uit één groep ook nog dikwijls vlak bij elkaar en hebben dan nog niet ieder een eigen slaapholletje of plek uitgezocht. Na de rui selekteren ze dan spoedig al wel een slaapplek, terwijl de oude mezen weer tijdelijk territoriaal gedrag vertonen en hun oude territorium opnieuw verdedigen. Sommige mezensoorten, zoals bijvoorbeeld de glanskopmees, maar ook oudere koolmezen blijven daarna gedurende de verdere winter of een deel van die winter trouw aan hun territorium. Pimpelmezen worden echter in herfst en vroege winter echte zwervers. Wanneer ze na de solitaire overnachting wakker worden, vormen ze opnieuw een groep en trekken daarin de rest van de dag rond op zoek naar voedsel. Tegen het vallen van de avond verlaten ze dan weer één voor één de groep en gaan naar hun slaapplekje. Zo ongeveer vanaf Kerstmis als de dagen beginnen te lengen, vormen steeds meer pimpelmezen paartjes en worden territoriaal, zeker tijdens zachtere periodes. De mezen verlaten dan paarsgewijs de groep, het mannetje begeleidt het vrouwtje naar de nestholte en zoekt pas daarna zelf zijn slaapplekje op.
| Additional Metadata | |
|---|---|
| Op het Vinkentouw | |
| CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
| Organisation | Vogeltrekstation |
|
René Wanders. (1994). Pimpelmezentrouw in fourageergroepen. Analyse van hervangsten. Op het Vinkentouw, 75(1), 11–13. |
|