In het afgelopen jaar is ons land verblijd met nogal wat mammoetmateriaal uit de Sovjet Unie (Zie ook het artikel ’Een geschenk uit Rusland’ van H. Hiddingh elders in dit nummer). In het voorjaar van 1984 ontving het Gemeentemuseum te Arnhem een monster mammoetwol van het Zoölogisch Instituut in Leningrad. Dit monster is te zien geweest op de tentoonstelling ”De IJstijden”. De wol is afkomstig van een veertienjarig mammoetwijfje en heeft een ouderdom van ± 10.000 jaar. Het stamt dus uit het laatste Pleistoceen. De resten van deze mammoet zijn in 1979 gevonden bij Joeribej op het schiereiland Gydanski, door professor N.K. Veresjtsjagin. De wol is afkomstig van de heup van het dier. Eigenlijk bestaat het monster uit twee gedeelten: Aller eerst de lange dekharen. Deze zijn ong. 50 cm lang en tot 0,3 mm dik. De kleur van deze haren is licht geelbruin. Naar de punten toe worden de haren donkerder, sommige tot bijna zwart. Daarnaast bevat het monster een pluk dicht in elkaar gestrengelde, hooguit enkele centimeters lange en hooguit 0,05 mm dikke haartjes, die eveneens licht geelbruin van kleur zijn.