Wonend op fietsafstand van de stranden op de kop van Voorne en de Maasvlakte leef je, als nieuwsgierig zoekend mens, in een paradijs. Loop je op een dag met een paar zoekvrienden gezellig langs het strand te struinen en al bukkend fragmenten en complete botjes te rapen, dan ligt daar opeens een opvallend stukje bot. Je voelt het onmiddellijk, dit is iets speciaals. Al overleggend komen we tot een voorlopige conclusie: een metacarpaal botstuk (waarschijnlijk rendier) met duidelijk herkenbare bewerkingssporen, nl. een gat gemaakt aan de proximale zijde op een plek waar na collectievergelijking géén gat hoort te zitten. Met mijn mentor Adrie de Vries besluiten we voorlopig, dat het mogelijk een glis zou kunnen zijn.