U kent mij niet, en ik ken u niet, maar toch moet me iets van het hart. Het moet ergens in 1826 zijn geweest, dat u tot een bijzonder idee kwam. U was afgestudeerd aan de Universiteit van Oxford, waar u zich specialiseerde in de mineralogie. In 1787 werd u verkozen tot jongste lid van de Britse Academie voor Wetenschappen, de Royal Society, en er wachtte u een veelbelovende carrière als wetenschapper. Geïntrigeerd door de fysische wereld om ons heen, reisde u heel Europa door op zoek naar nieuwe mineralen en kristallen. Van uw hand verschenen vele wetenschappelijk publicaties over geologie en mineralogie, maar ook over de chemische samenstelling van vrouwentranen. Ik zou u graag willen vragen waarom precies vrouwentranen, maar dat bewaren we voor een andere keer. Er is zelfs, na uw dood, een mineraal naar u vernoemd, het zogenaamde smithsoniet, maar dat weet u natuurlijk niet. Ondanks deze verdienstelijke carrière, had u het idee dat er meer in het verschiet lag. Nu wilde het toeval dat u niet bepaald onbemiddeld door het leven ging, en na uw dood zou u een aanzienlijk fortuin achterlaten. U besloot in uw testament een clausule op te nemen. Het grootste deel van uw bezit liet u na aan uw neef. Echter, mocht deze sterven zonder een erfgenaam (zelfs buitenechtelijk) op de wereld te zetten, dan zou uw vermogen worden geschonken aan “de Verenigde Staten van Amerika om in Washington een instituut te stichten onder de naam het Smithsonian Institution, gericht op het vergroten en verspreiden van kennis”. Driejaar na het schrijven van uw testament overleed u in 1829. Ook uw neef overleed later kinderloos. Zoals beschreven in uw testament werd uw vermogen geschonken aan de Verenigde Staten waar, natuurlijk niet zonder de nodige controverses, slag of stoot, in 1846 het Smithsonian Institution verrees. U zult wel blij zijn te horen dat het Smithsonian Institution inmiddels is uitgegroeid tot het grootste museumcomplex ter wereld, en wereldwijd beroemd en vermaard is. Helaas blijft het gissen naar de reden achter uw schenking, want u heeft nooit expliciet vermeld hoe u tot die beslissing kwam. Maar, wat de reden ook moge zijn, het was een lumineus idee! En wat betreft het vergroten en verspreiden van die kennis, I’m on it!
Additional Metadata | |
---|---|
Cranium | |
CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
Organisation | Werkgroep Pleistocene Zoogdieren |
H.J.M. Meijer. (2010). Geachte mijnheer Smithson. Cranium, 27(2), 82–82. |