Naar aanleiding van het artikel over Cochlearia pyrenaica DC. (in Gorteria 4(11), 1969, p. 187—188) ontving de redactie de volgende mededeling: Ik werd op het Lontzenerbachdal attent gemaakt door de heer Houtman, die in Enschede een dia-lezing hield en daarbij enthousiast vertelde over deze „botanische schatkamer”. Met Pasen 1968 was ik in Zuid-Limburg en ging natuurlijk even kijken. De Lathraea en de Helleborus die hij vermeldde vond ik niet, wel een prachtige voorjaarsflora zoals op de mooiste plekken van Zuid-Limburg met als „extra’s” veel Narcissus pseudonarcissus en tot mijn verbazing een Cochlearia, die C. pyrenaica bleek te zijn.