Reeds tientallen jaren leven sommige deskundigen op het gebied van de waterkracht en natuurbeschermers op voet van oorlog met elkaar. Deze vertegenwoordigers van de techniek beschouwen de natuurbeschermers als hun voornaamste vijanden. Terwijl voor vele natuurbeschermers de electriciteitsmaatschappijen bij uitstek de verstoorders zijn van het oorspronkelijke landschap en de daarin thuis horende dieren- en plantenwereld. Hier is slechts één oplossing mogelijk: wij moeten zoeken naar de gulden middenweg. Al te fanatieke natuurbeschermers, die toch zelf graag mee profiteren van de produkten der moderne techniek, zullen moeten erkennen, dat het voortschrijden van die techniek niet kan worden tegen gehouden, doch wel in redelijke banen kan worden geleid. De ingenieurs zullen zich op hun beurt ervan bewust dienen te worden, dat hun omvangrijke projekten niet uitsluitend technische problemen zijn, doch dat zij, vaak met weinig moeite, tegemoet kunnen komen aan de redelijke verlangens van de natuurbescherming, daarbij dus rekening houdend met de sociologische en estetische aspekten van hun werk. Tevoren dient daartoe overleg te worden gepleegd tussen alle betrokken instanties. Bij rustige beschouwing van de mogelijkheden blijkt dan veelal zonneklaar, dat samenwerking in wederzijds vertrouwen niet alleen mogelijk, maar zelfs noodzakelijk is. Een dergelijk compromis, dat de wet behoort voor te schrijven, zou in plaats van de thans onvruchtbare strijd ongetwijfeld grote voordelen kunnen opleveren. Hiervoor zijn wakkere, taktvolle mensen nodig en onkreukbare idealisten. Met kleingeestigheid en stijfhoofdigheid valt hier niets te bereiken.