Er zijn thans drie broedkolonies van de lepelaar in Nederland, t.w. op het Zwanenwater en op het Naardermeer en de vrij recente vestiging in de Muy op Texel. (Zie fig. 1 voor de ligging van de kolonies en verspreiding van de lepelaar na de broedtijd.) De kolonie op het Naardermeer bezat in 1906, toen de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten dit gebied aankocht, slechts 25 broedende paren. De uitbreiding ging in het begin slechts zeer langzaam en het duurde lange tifd. voordat het aantal nesten was uitgebreid tot 50. In het begin van de jaren twintig werd het aantal broedparen geraamd op ongeveer 60, maar dank zij strenge beschermingsmaatregelen (al jarenlang is het bezoekers niet toegestaan naar de nesten te komen kijken) is de kolonie geleidelijk aan toegenomen en na de oorlog werd het aantal geschat op ongeveer 150 paren (juiste aantallen zijn niet beschikbaar). Vermoedeliik varieert het op het ogenblik tussen de 150 en 175 paren.