Na de buizerd (nr. 185, door Manfred Melde), havik en sperwer (nr. 158, door Volkhard Kramer), de zwarte wouw (nr. 100, door Dr. Wolfgang Makatsch), de wespendief (nr. 151, door Hans Münch), de torenvalk (nr. 116, door Dr. Rud. Piechocki) en de zeearend (nr. 221, door Wolfgang Fischer), hebben nu ook de schreeuwarend en bastaardarend hun monografie gekregen in de voortreffelijke Neue Brehm-Bücherei. Twee soorten die, volgens de vierde druk van Mr. Kists bewerking van de „Fieldguide” resp. 12 en 13 keer in Nederland zijn gesignaleerd. Veel kans, deze imposante roofvogels voor de kijker te krijgen heeft de Nederlandse veldornitholoog derhalve niet. Dat neemt niet weg, dat het alleszins de moeite waard is kennis te nemen van Dr. Victor Wendlands voortreffelijke boekje over deze soorten. Vooral ook, omdat het Dr. Wendland mogelijk was daarin veel litteratuur uit Oost-Europa te verwerken, die wegens taalmoeilijkheden voor ons veelal ontoegankelijk is.