Hoewel de tijd voor de ganzen en eenden als dit nummer verschijnt langzamerhand verstreken is, zag ik toch nog brandganzen bij Willemstad op 26 maart (± 200 stuks), met een enkele kolgans. Een vroeg en zacht voorjaar schijnt dus niet zo veel uit te maken. Deze vogels schijnen meer op de lengte van de dag te reageren dan op de temperatuur. Grauwe ganzen zijn er nog volop, die blijven nog wel de maand april uit. De bergeenden zijn nu op maximale sterke. Eén van de grootste concentraties is wel om de Brielse Maasmond. Verder kunt ge ze vinden overal waar schorren slikken grenzen aan duingebied. De schorren en slikken hebben zij nodig voor hun voedsel, kleine slakjes, kreeftachtige diertjes en dergelijk klein goed. Met hun snavel net onder de modder gestoken zeven ze deze uit het slib. De duinen gebruiken zij als broedgebied, vroeger vooral de konijnenholen, maar nu er veel minder konijnen zijn broeden ze ook veel in dichte ruige plaatsen, b.v. onder oud riet wat is aangespoeld.