Dagboekaantekeningen van een tocht naar het kraterbos van de vulkaan van Sint Eustatius, in de groep van de Bovenwindse eilanden van de Nederlandse Antillen. De vulkaan heet de „Quill”. Hij heeft een prachtige regelmatige kegelvorm en bereikt een hoogte van ongeveer 600 meter. Op de vlakke bodem van de krater, die op ongeveer 275 meter boven zeehoogte ligt, groeit een weelderig bos. Op enkele plaatsen zijn de originele aantekeningen ter verduidelijking iets aangevuld.