Zo dik is de toren, dat er een heel hotel in gevestigd is. Een hotel met achttien kamers, met een eigen restaurant en met al wat er zo aan een hotel te pas komt. Met meer zelfs. Waar hebben de hotelkamers zulke armdikke deuren van het zwaarste eikenhout? Waar wast men zijn handen aan een hedendaags fonteintje, maar met uitzicht door een tapse schietspleet in een muur, dikker dan het hele handenwasvertrekje breed is? De Campveerse Toren heet het hotel. En lang vóór er een hotel in kwam, heette die toren ook al zo. Omdat van zijn stoere voet het veer afvoer van Kamperland.