Je zou er bijna aan gaan wanhopen, in deze barre, eindeloos lijkende winter van 1963. Maar toch wordt het straks weer lente. Een lente, waarin de vogels zich zullen haasten de gedunde gelederen weer aan te vullen. Een lente vooral dus, waarin ze onze hulp en bescherming meer dan ooit nodig zullen hebben. Want er zijn, ondanks alle hartverwarmende hulp die er werd geboden, enorme verliezen geleden door de vogels, die in ons land verbleven. Natuurlijk waren daar veel noorderlingen onder, broedvogels uit Noord-Europa en zelfs uit Noord-Azië, waarvoor wij moeten hopen dat hun gelederen niet nog extra zullen worden gedund door een voorjaarsjacht, die helaas nog hier en daar wordt bedreven in de streken, die zij moeten passeren.