Het vorig jaar was ik zo gelukkig een trektocht te kunnen maken door Frankrijk, Italië en de Alpen. De tocht werd gemaakt per fiets, en dat garandeerde me een dergelijk laag tempo, dat ik vanuit de bermen veel ornithologische versnaperingen kon meepikken. Verder versleet ik een paar schoenen op het kalksteen van het Karwendelgebergte, hetgeen eveneens veel interessants opleverde. Hier volgen wat losse notities. Toen ik half april startte, zong in de Peel de eerste nachtegaal. Er zijn in Europa heel wat van die diertjes, want van Helenaveen tot Como hebben ze me zonder onderbreking elke nacht hun aubades gebracht. Hoewel Frankrijk (Maas, Bresse, Savoye) erg arm was aan grotere dieren en vogels, zag ik er toch wel redelijke aantallen zangvogels, vooral putters, kneuen en vinken. Aan de Côte d’Or zag ik mijn eerste hop, heel klassiek in een platanenlaantje. In de heggen zaten roodkopklauwieren en om de hoeven heerste een opvallende rijkdom aan zwaluwen.