Door het aanvankelijk slechte weer, de koude en de talrijke voorjaarsstormen kwamen veel ooievaars later aan dan gewoonlijk, zodat het gebeuren in de ooievaarswereld zich in de aanvang niet hoopvol liet aanzien. Al zijn er 5 nesten minder door paren bewoond geweest dan in 1965, er vlogen toch nog 42 jongen uit (1965:45), zodat het eindresultaat toch lichtelijk is meegevallen. Er waren 27 nesten bewoond door paren (1965= 32) waarvan 18 door broedparen (1965 = 17) en 9 door niet-broedende paren (1965 = 15). Voor zover bekend werden er 65 eieren gelegd (1965 = 58) waarvan er 7 niet uitkwamen (1965 =8). Uit de 58 eieren werden in totaal 54 jongen geboren (1965= 50).