Aan vele huizen en gebouwen in ons land broedt de huiszwaluw. Hoeveel het er precies zijn weten we niet. Wel zullen we de tellingen van 1966 en 1967 door schattingen proberen aan te vullen om zo tot een aanvaardbare schatting te komen. Dat zal dan te danken zijn aan vele medewerkers. In 1966 waren dat er ruim 90, in 1967 zelfs 320, waaronder 150 leerlingen van scholen in het westen van Zeeuws-Vlaanderen. Het is de bedoeling om in de toekomst een samenvattend artikel te schrijven over het gehele onderzoek. Alle medewerkers krijgen dat verslag in ieder geval dan toegestuurd. Het onderzoek kan niet meer op dezelfde voet worden voortgezet. Toch zal het interessant zijn om de komende jaren een deel van de huiszwaluwbevolking in de gaten te blijven houden. Hopelijk kan dat op de volgende twee manieren: