In de zomer van 1969 kwamen in de Camargue in Zuid-Frankrijk niet minder dan 7000 paren flamingo's tot broeden. Een dergelijk groot aantal broedparen heeft de Camargue, althans zover bekend, nooit eerder geherbergd en waarschijnlijk is het ook het grootste aantal dat, zover de beschrijvingen teruggaan, in Europa heeft gebroed. Deze gebeurtenis krijgt des te meer relief omdat de soort sedert 1961 niet meer in de Camargue tot broeden was gekomen. De vogels broedden in drie verschillende kolonies, die alle binnen de grenzen van het reservaat lagen. Dankzij een voortdurend toezicht op de kolonies en o.a. door de medewerking van de luchtmacht, die tijdens het broedseizoen het vliegen boven de broedplaatsen verbood, had de broedpoging succes: naar schatting zijn ca. 5500 jongen uitgevlogen, (flamingo’s leggen slechts één ei, hoogst zelden twee), Mede doordat wederom enkele duizenden niet broedende adulte vogels de zomer in de Camargue doorbrachten beliep het aantal flamingo's in het gebied na het vliegvlug worden van de jongen 20.000-30.000 exemplaren... Bij mijn bezoek aan de Camargue, eind september, was het merendeel van deze concentratie nog aanwezig. Het is bijzonder verheugend dat het bestand van de zuid-europese noordwestafrikaanse populatie van de flamingo door deze succesrijke broedpoging werd aangevuld. (Zie ook Het Vogeljaar 15e jrg., no. 2).