Alle weidelijke jagers, en zij niet alleen, hopen, dat binnenkort alle toekomstige jagers zich aan een examen zullen moeten onderwerpen om te tonen, dat ze theoretisch en praktisch geschikt zijn om de jacht naar behoren uit te oefenen. In Duitsland is dit reeds geruime tijd het geval. Evenmin als een rijbewijs impliceert, dat men een goede en vooral faire automobilist is, zal een „jagersbrevet” fouten of overtredingen uitsluiten. Geen weldenkend mens zal echter weer naar het „rijbewijsloze tijdperk” terug verlangen. Juist daarom is het verheugend, dat het streven naar een jachtexamen, beter lijkt de naam jagersexamen, uit de kringen van de leden van het groene gilde zelf komt. Hun Duitse collega’s bestuderen voor hun examen meestal het gedegen „Vor und nach der Jägersprüfung” van H. Krebs, dat naast de tekst voor meer dan de helft is opgebouwd uit vragen met de gedetailleerde antwoorden. In grote trekken komt de inhoud van „De Jacht in Nederland" met deze Duitse pendant overeen, doch de tekst is prettiger leesbaar en geeft niet direkt de indruk, dat het een studieboek is.