De gegevens die in deze boekwerken te vinden zijn, zijn in verschillend opzicht indrukwekkend. Allereerst door het enorme aantal uren dat er geïnventariseerd is, maar vooral ook door de uitkomsten. Met name de Westwouderpolder en de Dijkerhemmen blijken gebieden te zijn, die rechtstreeks te vergelijken zijn met de waardevolle terreinen als Wormer- en Jisperveld, Ilperveld, Westzanerveld en dergelijke. In deel II wordt het ontstaan en de geschiedenis van het Alkmaardermeer en omgeving besproken en een beschrijving gegeven van het gebied. Een groot aantal polders rondom het meer worden beschreven (incl. kaartjes) waarna per polder in tabelvorm het aantal broedvogels per soort over 1972 wordt vermeld. Hier en daar worden hydrobiologische gegevens (om. van waterwantsen) toegevoegd. In een overzicht van de broedvogels rond het Alkmaardermeer worden 92 vogelsoorten afzonderlijk besproken. Vele verspreidingskaartjes verduidelijken de tekst. De aantallen die hier uit de bus komen zijn bijzonder interessant met name die van de eenden en de weidevogels. Ook de moerasvogels vertonen een interessant beeld. Van deze laatste vogels (Roerdomp, rallen, Zwarte Stern, rietzangertjes e.d.) zou wellicht door rust in bepaalde gebieden het aantal kunnen worden opgevoerd. Het botanisch overzicht van het gebied zal later van groot belang kunnen worden als wijzigingen van de flora in verband kunnen worden gebracht met de achteruitgang van bepaalde vogelsoorten In het hoofdstuk 'Enkele slotconclusies’ worden als eerste ornithologische waardevolle gebieden genoemd: Krommenieërwoudpolder (noordelijk deel), Westwouderpolder, Dorregeesterpolder en Hempolder. Bovendien worden de planologische aspecten en de bezwaren daartegen besproken, evenals de plannen op staats-, provinciaal en gemeentelijk niveau.