Allerwegen mag een verandering in houding tegenover de in het wild levende dieren worden geconstateerd. Voorbeelden genoeg: de door dieren aangebrachte schade wordt tegenwoordig minder ernstig gezien, roof- of stootvogels en uilen worden minder vervolgd en de lange lijst van bejaagbare dieren en onbeschermde vogels is in de loop van de jaren danig verkort. Ook bij jagers is een verandering in zienswijze te constateren. Thans heeft de verantwoordelijkheid voor de wildstand wat meer nadruk dan vroeger en in het algemeen is er een neiging om zoveel mogelijk diersoorten te behouden. In deze, gelukkig veranderde situatie doet het vreemd aan, wanneer men aan de lijst van bejaagbare dieren een soort wil toevoegen. Er is in de jagerswereld namelijk een richting om een vogel, die hier voorheen niet werd bejaagd, thans voor de jacht te gaan reserveren.