Knobbelzwanen broeden practisch niet op het IJsselmeer en het Ketelmeer. Ze komen er voornamelijk om te ruien want het grote open water is daar een zeer geschikte plaats voor. Op 17 en 18 juli 1975 is een telling verricht op de genoemde meren om een indruk te krijgen van een aantal ruiende Knobbelzwanen. Het tellen bleek vrij eenvoudig te zijn aangezien de meeste zwanen zich aan de voet van de dijk ophielden. Hun voedsel bestaat daar uit op stenen groeiende draadwieren (Bangia spec. en Cladophora spec.). In vroeger jaren dienden het fonteinkruid (Potamogeton spec.) wel als voedsel, maar dit schijnt op verschillende plaatsen uit de meren verdwenen te zijn of althans niet meer aantrekkelijk te zijn voor zwanen. Dubbel tellen was vrijwel uitgesloten omdat slechts enkele zwanen aanwezig waren in het gebied waar de telling aansloot op die van de vorige dag. In totaal werden 4602 niet-broedende Knobbelganzen geteld. Dit aantal is aan de lage kant maar wij hebben stellig vogels gemist die zich schuilhielden langs de onoverzichtelijke kust van Friesland tussen Gaast en Hindeloopen. Waar de vogels tijdens de teldagen werden gesignaleerd blijkt uit onderstaande lijst van kustgedeelten.