Eén van de laatste twee grasgorzen langs de Oude Maas dreigt op korte termijn verloren te gaan. Het is de 122 hectare grote zomerpolder (een polder met zomerkaden, die soms ’s winters volloopt) Groot Koninkrijk tusen Puttershoek en ’s-Gravendeel, die een opspuiting met baggerspecie te wachten staat. De meerderheid van de ’s-Gravendeelse gemeenteraad is namelijk van mening dat de industriële bestemming moet worden gerealiseerd door middel van een opspuiting. Deze baggerberging kan eventueel direct worden uitgevoerd na een uitspraak van de Kroon. In augustus 1976 wist de milieugroep Hoeksche Waard Alarm een gedeeltelijke opspuiting te voorkomen door een bezwaarschrift in te dienen tegen de door gedeputeerde staten verleende opspuitvergunning. De natuurwetenschappelijke waarde van de polder uit zich in een rijke (weide-)vogelstand, een uitgebreide interessante flora en een rijk hydro-biologisch leven. In de afgelopen vijf jaar werden er maar liefst 110 vogelsoorten in de polder waargenomen, waaronder zeldzame als Purperreiger, Visarend, Boomvalk, Smelleken, Ruigpootbuizerd, Kroon- en Krakeend. Het terrein herbergt 32 broedvogelsoorten, waaronder Zomertaling, Slobeend en Grutto. Zowel in de herfst als in de winter vervult Groot Koninkrijk een belangrijke functie voor duizenden doortrekkende en overwinterende vogels.