Op 6 augustus 1977 zag ik op het Noordzeestrand van Vlieland een adulte Steenloper, die om zijn poten drie kleurringen en een aluminium ring droeg. Om het linkerloopbeen was een gele en een oranje kleurring aangebracht, de gele bovenaan. Om het rechterloopbeen droeg de Steenloper een rode kleurring en boven het loopbeen een aluminium ring, waarvan ik het nummer niet kon aflezen. Toch maakte de kleurencombinatie individuele herkenning mogelijk. Op 10 augustus 1977 zag ik de Steenloper voor de tweede keer. Ik nam contact op met mr. A. J. Prater, de coördinator van de Coastal Wader Research Group. Hij berichtte mij onlangs dat deze Steenloper op 23 november 1976 als juveniel geringd was te Coatham Sands (Teesmouth), Redcar, Yorkshire, England, coördinaten 54° 38’N., 1° 09’W. De ring met nummer CJ 01.274 werd aangebracht door medewerkers van de Durham University. Bijzonderheden van de twee waarnemingen: eerste waarneming op 6.8.1977 om 7.30 uur op het Noordzeestrand, bij pier 48. De geringde Steenloper foerageerde solitair. Tweede waarneming op 10.8.1977 om 8.00 uur op het Noordzeestrand, bij pier 55. Deze keer was de geringde Steenloper in gezelschap van zeven soortgenoten. Ook zag ik op 10 augustus de eerste juveniele Steenloper en enkele Paarse Strandlopers; voor Vlieland een vroege waarnemingsdatum voor de Paarse Strand loper.