Toen ik de zeventiende druk van Petersons Vogelgids of ’de Kist’ aanschafte, kon ik niet vermoeden, dat ik van de éne verbazing in de andere zou vallen. Goed, er was kritiek geleverd op de kleurenplaten in het midden bij elkaar en dat het register niet helemaal achterin was te vinden. Zelf vond ik dat geen bezwaar en dat de zwartwitplaten in kleur veranderd waren, met een paar nieuwe toegevoegde kleurenplaten erbij, was voor mij gewoon een winstpunt. Maar toen ik in de inleiding las, dat er gebruik was gemaakt van de gegevens uit de Atlas van de Nederlandse Broedvogels kreeg ik bange voorgevoelens.