Hoe ben je eigenlijk lot de ornithoiogie gekomen in een periode dat deze wetenschap/hobby nog niet op de populariteit kon bogen die het thans wel heeft? Trouwens wanneer ben jeer eigenlijk mee begonnen? Mijn Moeder had een vriendin in Huizen en daar gingen wij vaak op zondag met de Gooische Tram op bezoek. Dat was mevrouw Dora Hoogerheide. Eén van haar kinderen was Jan, die zich heel erg voor vogels interesseerde en vaak vogels ging kijken aan de Huizerhaven. Ik ging toen vaak samen met Jan Hoogerheide naar de toenmalige Zuiderzee en bezochten wij daar de kust tot ver voorbij Valkeveen. Er kwamen toen nog veel echte zeevogels voor en wij konden nog garnalen vissen bij het sluisje. Die interesse moet al vddr 1934 zijn opgewekt, want ik begon op 23 oktober 1934 met het bijhouden van een vogelboek. Jan Hoogerheide was toen al een zeer kundig ornitholoog. Later schreef hij met dr. Willem Kraak over de ruitrek van de Bergeenden in ’Ardea’. Door de Bergeenden aan de Gooische kust slug te blijven tellen ontdekten zij uiteindelijk dat de volwassen Bergeenden jaarlijks enige tijd afwezig waren, hetgeen later bleek om te ruien in de Duitse Bocht. Ook werkte dr. Jan Hoogerheide onder meer samen met G. Rinkel en bestudeerde hij met zijn broer dr. Kees Hoogerheide de Eidereenden op Vlieland.