Elk jaar geeft de Directie Natuur, Milieu en Faunabeheer van het ministerie van Landbouw en Visserij een overzicht uit van soorten en aantallen dode beschermde vogelsoorten die de houders van een Vogelvergunning B-1 (preparateursvergunning) in het vorige jaar en de vier jaren daarvoor ter preparering hebben ontvangen. In 1987 was het aantal ontvangen dode beschermde vogels door preparateurs nog nooit zo laag geweest, in 1988 liggen de aantallen nog aanzienlijk lager. Men gist naar de oorzaken. De laatste winters zijn weliswaar erg zacht geweest, maar het kan ook dat opgezette vogels uit de mode raken en de prijzen die er voor gevraagd worden zo langzamerhand te hoog liggen. In totaal werden in 1988 ’slechts’ 5224 vogels te preparatie aangeboden. In 1985 waren dat nog 8956 vogels. Opvallend is dat er nog steeds veel stootvogels aangeboden worden, zoals 400 Buizerden, 724 Sperwers en 262 Torenvalken in 1988. In totaal 1598 (tegenover 3004 in 1985) stootvogels en 1165 (tegenover 1794 in 1985) uilen. Het invoeren van dode beschermde vogels is op grond van de Vogelwet 1936 verboden. Vergunningen daarvoor worden slechts bij uitzondering verleend. Een aantal in de lijst voorkomende vogelsoorten kan onmogelijk in Nederland gevonden zijn (Auerhoen, Hazelhoen, Sneeuwhoen, Sneeuwuil, Dwergooruil).