In februari 1989 kon ik in het zuidoosten van de USA overwinteringsgebieden van ganzen bezoeken. Na wat litteratuur (Palmer 1976, Ogilvie 1978, en rapporten van de US Fish and Wildlife Service 1980-1982) te hebben geraadpleegd en inlichtingen te hebben gekregen van biologen van de Fish and Wildlife Service viel de keus op het zuidwesten van Louisiana en het noorden van Alabama. In Noord-Amerika spelen bij het beheer van watervogels en talloze andere organismen de zogenaamde National Wildlife Refuges (NWR) een zeer belangrijke rol. In Louisiana bezocht ik Lacassine NWR en Sabine NWR, in Alabama Wheeler NWR. In de USA zijn er ongeveer 450 reservaten van dit type met een totaal oppervlakte van 36 miljoen ha, dat overeenkomt met ongeveer tien maal de grootte van Nederland. Veel refuges bestaan overwegend uit moerassen en water. Vooral dank zij hulp van beheerders van de refuges werd mijn kennis over het beheer van wilde ganzen sterk vergroot.