Met dit eerste nummer van de eenenveertigste jaargang willen wij uw speciale aandacht vragen voor de Grauwe Klauwier. De ’Negendoder’ heeft altijd in de belangstelling van mensen gestaan. Ondanks dat is de populatie dramatisch afgenomen. Rond 1975 zouden nog slechts ongeveer tweehonderd paren in ons land hebben gebroed. Tien jaar later lag het aantal broedparen waarschijnlijk in de buurt van vijftig. Hierbij moet worden vermeld dat deze aantallen niet geheel betrouwbaar zijn, omdat bijvoorbeeld in de grensstreek van Noord-Brabant minstens één geval van toename bekend is. In de hoogveengebieden van Zuidoost-Drenthe is sinds 1986 een populatietoename waargenomen (1986 nog twintig paren). Dit gehele nummer is gewijd aan deze bijzondere vogelsoort. Met recht, want het voorkomen is dicht verwezen met habitatstructuren en de biologische rijkdom van het daar in voorkomende leven. Reeds in 1989 maakten wij in nauwe samenwerking met de Stichting Mondiaal Alternatief (Ecologische en Economische Betekenis van Vogels – EEBV) plannen om tot een speciaal themanummer te komen over de Grauwe Klauwier. In de daar op volgende jaren zijn heel wat artikelen bijeen gesprokkeld. Helaas bleef enigerlei vorm van subsidieverlening uit. Hierdoor zijn wij genoodzaakt, om anders dan wij van plan waren, het veelal bijzondere materiaal anders te gebruiken. Zo vallen de Engelse samenvattingen en de litteratuuropgaven weg. Een aantal artikelen wordt nog dit jaar in het Belgische tijdschrift ’Aves’ gepubliceerd. Een ander deel wordt in de loop van deze jaargang In ’Het Vogeljaar’ opgenomen. Geïnteresseerden kunnen door overmaking van ƒ 5,- op gironummer 964 472 ten name van Het Vogeljaar te Hedel, onder vermelding van ’litteratuur Grauwe Klauwier’ één grote totaallijst van de aangehaalde litteratuur bestellen. Daarnaast verontschuldigen wij ons bij de lezers voor de soms wat kleine illustraties. Ook dit is een gevolg van de combinatie van de noodzaak de tekst met illustraties te ondersteunen en het gebrek aan voldoende financiële middelen.