Onlangs is het initiatief genomen tot de Stichting Bestrijdingsplan Papegaaieziekte (i.o.). In de stichting wordt samengewerkt door het ministerie WVC, de Afdeling Bijzondere Dieren van de Faculteit Diergeneeskunde van de Rijksuniversiteit Utrecht en vogelliefhebbersorganisaties. Psittacose of Papegaaieziekte wordt veroorzaakt door Chlamydia psittaci. Besmette vogels behoeven niet zelf ziek te worden maar kunnen drager zijn van de ziekteverwekker. Zij vertonen dus zelf geen ziekteverschijnselen. Ook mensen kunnen het slachtoffer worden en hebben dan griepachtige symptomen die als maar niet lijken te verdwijnen. Het inademen van besmette stofdeeltjes is al voldoende voor besmetting. In de afgelopen drie jaren is intensief onderzoek verricht bij circa honderdvijftig parkietenkwekers en een tiental dierenspeciaalzaken. In 1990 kwam de ziekteverwekker in dertien procent van de gevallen voor. In 1992 was dat teruggebracht tot twee procent. De bemonsteringsfrequentie bij papegaaien/parkietenkwekers van twee maal per jaar is voldoende om de ziekte te kunnen beperken. Winkels zouden vier maal per jaar moeten worden gecontroleerd. Zieke vogels zijn goed te behandelen, voor de mens is dat moeilijken Er zijn aanwijzingen dat de papegaaieziekte meer onder mensen voorkomt dan algemeen wordt aangenomen. Aan de deelname van het project worden een aantal voorwaarden gesteld. Basiseisen zijn: inrichting en huisvesting die verspreiding van infecties zo veel mogelijk voorkomen, welgemeende belangstelling voor het welzijn van vogels en het voorkomen van ziekten, een minimaal aantal parkietachtigen (ten minste twintig), financiële eisen. Nadere informatie; Stichting BPP i.o., postbus 94, 3800 AB Amersfoort, 030 – 532 457/534 357 en 070 – 3 406 997. Een aangeplakt driehoekje (hierbij afgedrukt) geeft weer dat de desbetreffende liefhebber/handelaar deelneemt aan dit interessante project.