Met de komst van de Kieviten laait elk voorjaar ook weer de discussie op omtrent het kievitseierenrapen. Daarbij gaat het meestal over de vraag of het rapen al dan niet bevorderlijk voor de kievitenstand zou zijn. De houdbaarheid van dergelijke argumenten is reeds eerder besproken door Kruk & Ter Keurs (het Vogeljaar 47 (2): 49). Toen bleek dat zowel de argumenten met betrekking tot de effecten op de kievitenstand van zowel de voor- als die van de tegenstanders van het rapen nauwelijks houdbaar waren. Door een vijfjarig ’onderzoek’ aan de Kievit in Fryslan door de heren Bil & Schuurs (het Vogeljaar 47 (2): 55-63), lijkt de discussie nu echter toch definitief in het voordeel van de tegenstanders van het rapen beslecht. Volgens dit ’onderzoek’ zou immers zijn aangetoond dat het rapen van kievitseieren ’slecht’ is voor de kievitenstand. Als dat juist is zouden eierenrapers hier direct hun consequenties uit moeten trekken en het rapen moeten sloppen, al is het maar voor enige tijd. De vraag is echter of dat wel zo duidelijk is aangetoond. Enkele kanttekeningen bij het ’onderzoek’.