Dit artikel is in het voorjaar van 2000 geschreven. Rond de drempel van een eeuw blikt menigeen terug en vooruit. Terugblikkend bleek mij dat onderstaand overzicht het 17de Vogeljaar-purperreigerverslag in successie was. Het eerste verslag besprak de broedseizoenen 1980 tot en met 1982. Er broedden toen naar schatting respectievelijk 650, 550 en 510 paren in ons land. Het aantal paren gaf in de jaren tachtig een gestage daling te zien. Een dieptepunt werd bereikt in 1991 met circa 220 nesten. Daarna was er een lichte stijging. Het aantal nesten in 1995 tot en met 1999 lag rond of ruim boven de 300 paren (zie tabel 1). Het is opmerkelijk en jammer dat ondanks een lichte(?) stijging het aantal broedparen nog lang niet op het niveau ligt van dat van begin jaren tachtig. Daarom is er nog steeds reden tot zorg. Zorgelijk zijn ook de predatieproblemen die door de Vos in verscheidene broedgebieden worden veroorzaakt. Schrijver dezes hoopt dan ook de komende jaren deze reigersoort te kunnen blijven volgen en spreekt de wens uit dat er met name geld zal worden uitgetrokken voor een optimalisering van de broedgebieden van de Purperreiger. Dit fraaie schepsel is het waard! Tabel 1 geeft het gebruikelijke overzicht.