In 1962 bracht Dekker (1962) het relaas van de lotgevallen van een aantal kievitlegsels Vanellus vanellus in het voorjaar van 1961 in de Zaanstreek. De onderzoeksopzet was eenvoudig en bestond uit het opzoeken van nesten, deze in kaart brengen en de legsels te volgen tot aan de geboorte van de jongen (tegenwoordig wordt dit ‘monitoren’ genoemd). Deze opzet stond toen voor mij als beginnend vogelaar model voor een écht vogelonderzoek. Veertig jaar later heb ik zijn onderzoek min of meer overgedaan. Dekker werkte in de Zaanstreek, ons onderzoekje liep in Zeeuwsch-Vlaanderen, op de grens met België in het voorjaar van 2002. Het gaat ook over Kieviten.