Naar aanleiding het stukje over Turkse Tortels in de rubriek De Digitale Snelweg nummer 63 in het Vogeljaar 55(4):67-168, schreef Herman Leys de volgende reactie: Zoals waarschijnlijk wel bekend is, deed ik in de jaren zestig en zeventig veel verspreidingsonderzoek naar de Turkse Tortel (zie onder andere Limosa 37:232- 263). In het stukje in De Digitale Snelweg nummer 63 meld jij dat Kees van Berkel denkt dat de vogels als kooivogels werden gehouden en mogelijk als menu op sommige tafels stonden. We gaan er nu vanuit dat de afbeeldingen op de fresco’s Turkse Tortels zijn en daar lijken ze inderdaad zeer veel op. Je moet je dan wel afvragen hoe die diertjes daar kwamen in de 16de en 17 de eeuw. Voor zover mij bekend uit de literatuur (onder andere bij Stresemann) is de soort medio 16de eeuw naar Syrië en Anatolië opgedrongen en verder naar Zuidoost-Europa. In die tijd werden deze vogels door de Turken als kooivogels gehouden en al dan niet als mascotte meegevoerd door het toenmalige Turkse leger. Zo zou de soort misschien in de 16de of 17de eeuw door de Turken naar Italië gebracht kunnen zijn of door Italiaanse zeevaarders zijn ingevoerd. Ik vraag mij wel af hoever in die tijd de invloed van de Romeinen reikte? Immers, de Romeinen zijn ook ‘schuldig’ aan het uitzetten van de Fazant als jachtwild in geheel Europa. De Fazant kwam toen uit de Kaukasus. De Turkse Tortel kan natuurlijk zo ook als kooivogel of consumptievogel naar Italië zijn gekomen. In elk geval lijkt het plausibel te veronderstellen dat de Turkse Tortel (onder andere ook door menselijke overdracht) in de 16de en 17de eeuw via het uiterste zuiden van Griekenland ook in Italië terecht is gekomen en daar een tijdelijke ‘influx’ heeft gehad, maar dat de soort er later weer is uitgestorven (evenals in Zuid-Griekenland) door jachtdruk of relatief ongeschikte biotoop. Italianen schieten nog altijd op alles wat vleugels heeft. De Turkse Tortel komt thans ook langs de kusten van Italië voor in geringe aantallen.