Hierna nog twee afleveringen en dan is ‘Vlerkenstreken’ exit. Althans, met standaard in ieder nummer een aflevering. Mijn waardering voor de redactie die ruimte bood in het Vogeljaar en het begrip dat ze opbracht voor mijn vlerkenstreken inzake tekstwijzigingen en veranderingen in volgorde van de verhaaltjes, waarmee ik meestal op een (te) laat moment aankwam. Ook waardering voor u, lezer, die blijkens de reacties Vlerkenstreken las. En mij soms tipte over opmerkelijke gebeurtenissen in de veelzijdige relatie tussen vogels en vogelaars. Desondanks, denk niet dat hetgeen in deze column viel te lezen, altijd op een presenteerblad werd aangedragen. Zeker niet. Het is gebeurd dat ik een vogelaar een collega hoorde toemompelen ‘Pas op, die vent schrijft alles op wat je hier staat te verklaren. Dat lees je dan later in het Vogeljaar...’. Dat was op de telpost Breskens, waar vogeltrektaferelen vogelaars tot uitbundig gedrag met bijpassende dialogen brachten. De volgende scène hoorde ik van Janus, de voorzitter van onze vogelwerkgroep. Het decor is een straatje in een dorp in het rivierengebied, op een zomeravond. Dat ademt rust uit, nietwaar? Neen dus.