Naar aanleiding van de publicatie van Fr. Simon in het Julinummer van WIEK EN SNEB, getiteld „De paalstand werd hem noodlottig”, zou ik de aandacht willen vestigen op een overeenkomstige ervaring, die Walter E. Higham beschrijft in zijn boek „Birds in Camera”. Nadat Higham zijn fotografische werkzaamheden bij het nest van een Roerdomp had beëindigd, — waarbij hij uiteraard slechts het ♀ voor de lens had gekregen, aangezien het ♂ zich niet met het grootbrengen der jongen bemoeit —, merkte hij gekscherend tegen de hem behulpzame jachtopziener op, dat hij nu nog wel enkele opnamen van het ♂ zou willen maken. „In orde,” antwoordde de jachtopziener, „ik zal zien wat ik kan doen”.