Nimmer werd er op zo’n grote schaal voor de in het wild levende vogels gezorgd, als tijdens de vorstperiode in 1954. De vogelbeschermingsgedachte openbaarde zich toen op een bijzondere wijze, waaruit dus bleek, dat deze gedachte, gepropageert door de Ned. Ver. tot Bescherming van Vogels, vele Vogelbeschermingswachten, tal van andere organisaties en particulieren, opmerkelijk succes heeft gehad en steeds dieper in ons volk doordringt. Dat is een verheugend feit! Een kort overzicht van enkele van de vele acties voor hongerende vogels wil ik naar voren brengen, waarbij het uiteraard onmogelijk is volledig te zijn. Het meeste hebben de Blauwe Reigers, Roerdompen, Meerkoeten, Waterhoentjes en IJsvogels geleden, doch ook onder de Futen, Dodaarsjes, Bergeenden, Scholeksters, Waterrallen, Groene Spechten, Kopervele en diverse, eendensoorten vielen vele slachtoffers. Door het voeren in wakken is de sterfte van ganzen, zwanen en eenden wel tot een minimum beperkt.